Op weg naar Rome
Gistermorgen vertrokken voor onze laatste etappe naar Rome. Monterotondo was de laatste kleine stad op het platteland. Nog ongeveer 12 km naar de rand van de stad. Onderweg nog even gekeken of we de goede kant uitliepen.
Dit was gelukkig het geval en we kwamen bij de bushalte aan. Kaartjes in de bus kopen kan niet, die moet je in een winkel kopen, echter de winkel was een paar uur gesloten. Toen de bus stopte toch maar even gevraagd of we een kaartje konden kopen. De chauffeur was echter onverbiddelijk. We mochten niet mee, terwijl hij toch kon zien dat wij eenvoudige pelgrims waren. Bij navraag bleek dat er nog een winkel was om kaartjes te kopen, dus uiteindelijk konden we met de bus op weg naar een metrostation, op weg naar de Sint Pieter. De buschauffeur had nogal haast en hobbelde behoorlijk hard over de weg en remde vaak op het laatste moment voor een halte. Corrie en Leoniet vonden dit niet prettig, maar hebben alles binnen gehouden.
We wilden gelijk naar de Sint Pieter om onze laatste stempel te halen. Onze inmiddels wat smoezelige kleding en bemodderde schoenen gaven duidelijk blijk van ons doorzettingsvermogen om deze route te lopen.
In de metro fungeerde Hein als soort stempellautomaat.
Toen we uit de metro stapten en boven de grond kwamen stonden we opeens in het centrum van Rome waar het enorm druk was.
De Spaanse trappen waren gezellig druk bezet. Als je een paar weken in de natuur wandelt, met verblijf in kleine stadjes en dorpen komt deze drukte behoorlijk op je af. Het was voor ons alle vier flink schakelen
Op een gegeven moment zagen we de Sint Pieter.
Opzij van de baseliek was een kantoortje waar we onze laatste stempel konden halen.
We kregen onze stempels en dat was het. Vorig jaar bij aankomst in Assisi ging dit er plechtiger aan toe. De stempelkaart werd gecontroleerd, we moesten onze reden van de tocht aangeven en alles gebeurde heel serieus. We kregen onze oorkonden waarop onze namen met de hand waren gekalligrafeert.
In Rome kijken ze niet op van een paar wandelaars die de Franciscusroute hebben gewandeld en ook ons pelgrimsuiterlijk maakte kennelijk geen indruk.
We gingen met de metro naar ons hotel en waren wel een beetje moe van deze bijzondere dag. Na lekker gegeten te hebben vielen de ogen prettig dicht.
Zouden we morgen de Paus ontmoeten?
Walter
Dik verdiend denk ik.